> U bevindt zich hier: Religie - Gedachteniskapel van de Mijnwerkers

Gedachteniskapel van de Mijnwerkers

Gedachteniskapel van de Mijnwerkers

Het verhaal van de "Gedachteniskapel van de Mijnwerkers" in Terwinselen. (Foto's © Martin Herbergs)

ot op de dag van vandaag, herinnert Martin Herbergs zich dat het zijn bedoeling was, om zijn zoon de voormalige Staatsmijn Wilhelmina te laten zien, waar hij meer dan 12 jaar ondergronds gewerkt had. Eérst bij de afdeling Mijnmeten en naderhand op de Kaartenkamer. De kaartenkamer is vergelijkbaar met de planologie van een grote stad. Eenmaal ter plaatse bleken alle gebouwen van de voormalige mijn gesloopt. Hij kon zich alleen nog maar oriënteren op de steenberg.

Op weg naar de steenberg ontdekte Martin het voormalige lijkenhuisje, dat door de P.L.E.M., een toenmalige energieleverancier, in gebruik was genomen als schakelstation voor "D'r Sjtiel”, een nabij gelegen werkplaats.

Vanaf dat moment heeft Martin jarenlang rondgelopen met het idee, om dit gebouwtje in de originele staat terug te brengen en een gepaste functie eraan te geven. Zijn eerste gedachte was een gedachteniskapel voor de omgekomen mijnwerkers van de Staatsmijn Wilhelmina. Maar langzaam rijpte bij hem het plan, om er een gedachteniskapel voor álle omgekomen mijnwerkers, zowel boven- als ondergronders van alle mijnen in Limburg te maken. In de loop der jaren had hij veel vooraanstaande mensen in onze samenleving bewogen, om dit plan te verwezenlijken. Maar helaas zag er destijds niemand heil in. Bij toeval ontmoette Martin een dorpsgenoot, Dhr. Wiel Weijers en vertelde hem over de ideeën waar hij al jaren over nadacht en vroeg of het mogelijk was bij de juiste persoon in de Gemeente Landgraaf een afspraak te kunnen maken, om eens te praten over de uitvoer van deze ideeën. Martin had al vaker contact gezocht met de gemeente, maar steeds zonder resultaat.

Dhr. Hans Erfkemper -destijds loco burgemeester- hoorde van de ideeën en was er zo enthousiast over, dat direct een stichting werd opgericht en beloofde Martin dat zijn naam als initiatiefnemer, extra vermeld zou worden in de kapel. Hij heeft zich niet alleen aan die belofte gehouden, maar ook heeft hij Martin, onder vaak zeer moeilijke omstandigheden, altijd moreel weten te steunen.

Op Barbaradag, 4 december 2001, werd door Dhr. Bert Janssen en de hulpbisschop Mgr. De Jong, het officiële startsein gegeven voor het verwezenlijken van Martin's plannen. Op 8 september 2002 was het dan zover. Het was voor Martin de dag van zijn leven. De kapel werd ingezegend door Mgr. Frans Wierts en onder veel publieke belangstelling toegewijd aan de Heilige Barbara.

De bisschop vertelde Martin naderhand, dat hij zich zeer nauw betrokken voelde bij deze kapel, omdat hij opgegroeid is tussen de mijnwerkers en een lange tijd kapelaan was in Schaesberg. (het "kapeleuntje van der Sjeet"). (Foto: Ron Slangen)

Nadat Martin in de beginfase onverwachts bezoek aan huis had gekregen van de Limburgse Televisie, werd hij bij de inwijding van de kapel wederom benaderd. Dit keer door SBS6, met haar bekende rubriek "Hart van Nederland". Zij waren ingelicht door de gemeente Landgraaf en omdat Martin Herbergs de initiatiefnemer én de enige mijnwerker in het bestuur was, stond SBS6, zonder dat Martin er erg in had, bij hem op de stoep. Een prachtige reportage was het resultaat en hoewel Martien in eerste instantie erg nerveus scheen, is het hem achteraf gezien toch meegevallen. Bij dezen wil Martin allen die een bijdrage hebben geleverd, alsook de medebestuurders, van harte bedanken. De grote waardering voor deze gedachteniskapel vanuit de samenleving, geeft Martin nog steeds veel voldoening.

In meer dan 30 jaar heeft Martin een groot aantal gedachteniskapellen bezocht in België, Duitsland en Oostenrijk. Maar op de gedachteniskapel van de mijnwerkers in Landgraaf mag de gemeente bijzonder trots zijn. De gedachteniskapel van de mijnwerkers is écht uniek!

Martin Herbergs

Het bouwkundiggedeelte van de kapel en de renovatie heeft Ben Marell voor zijn rekening genomen. Het verzamelen van de namen van omgekomen mijnwerkers is geschied door Wiel Miseré (Staatstoezicht op de Mijnen).